
Foto: Frank Flippo, Lydford Gorge
Alcohol is een vluchtige stof, onze geest is een vluchtig iets. Vluchtige stoffen werden vroeger met ‘geest’ betiteld. De vluchtige stof alcohol beïnvloedt onze zenuwen, onze fijne bedrading die zowel onze meer ‘stoffelijke’ impulsen zoals pijn en genot vervoert als onze mentale aspecten zoals herinneringen, dromen en gedachten.
Ons repositorium van gedachten, ons mentale archief noemen we het geheugen. Alcohol beïnvloedt dit op zowel neuraal als psychisch niveau.
1.Natuurwetenschap
We beginnen met de bedrading. Uit onderzoek blijkt dat ook matige drinkers hun brein beschadigen, om te beginnen het geheugen. Deze categorie, ook wel sociale drinkers genoemd, slaat gemiddeld 11 tot 17 glazen per week naar binnen. Dat komt neer op ongeveer twee glazen per dag.
MRI-scans van sociale drinkers tonen na verloop van tijd een verschrompeling van het orgaan dat de opslag van informatie in het geheugen regelt. Dit is niet het geheugen zelf, maar de toegangspoort.
Bibliothecaris
Het is de bibliothecaris die de boeken bij binnenkomst inneemt, keurig ordent en naar de daartoe bestemde kasten, laden en rijen brengt in de bibliotheek achter hem. Zijn naam is Hippocampus omdat zijn vorm wel wat weg heeft van een zeepaardje.
Hippocampus is niet alleen informatie-categoriseerder of bibliothecaris. Hij stuurt ook het vermogen tot ruimtelijke oriëntatie aan, en gedrag dat nodig is om te kunnen improviseren in crisissituaties, zeg maar overleven. Hij is dus ook de piloot achter de stuurknuppel in je eigen cockpit, en als het moet is hij heel even stuntman of durfal.
Het is al met al een merkwaardig orgaan dat nog niet 100 procent doorgrond is, met twee uiterlijk duidelijk te onderscheiden kanten.
Atrofie
Proefdieren met een beschadigde hippocampus kunnen hun gedrag niet meer goed aanpassen aan veranderde omstandigheden. Als bij mensen de hippocampus aan twee zijden is beschadigd, dan kan dit het vermogen aantasten om nieuwe informatie in het geheugen op te nemen.
Matige drinkers hebben driemaal zoveel kans op een dergelijke atrofie als niet-drinkers. Mensen met dementie en Alzheimer hebben ook een verschrompelde hippocampus. Ze hebben nog wel een archief, maar de bibliothecaris die het beheert verdroogt en verlamt steeds verder en komt steeds minder vaak zijn stoel meer uit. En piloot spelen of stunten heeft hij al helemaal verleerd.
Matige drinkers hebben driemaal zoveel kans op een dergelijke atrofie als niet-drinkers. Mensen met dementie en Alzheimer hebben ook een verschrompelde hippocampus.
2. Alcohol geesteswetenschappelijk: antroposofische en mythologische visies
De antroposofie heeft een heel interessante kijk op alcohol. Alcohol tast volgens deze denkrichting het veld van levensenergie aan dat antroposofen het levenslichaam of etherlichaam noemen.
Volgens de antroposofie functioneert het menselijk organisme tegelijkertijd op verschillende niveaus. Elk niveau heet een ‘lichaam’. Het levenslichaam houdt het fysieke lichaam tijdens ons leven in stand. Het verzorgt functies zoals opbouw en herstel, afbraak en opname van voeding.
Alles wat leeft in de natuur, in plant en dier, heeft net als wij een levenslichaam.Het levenslichaam is dat wat ons lichaam doet groeien. Het is ook de plek waar onze herinneringen wonen. Alcohol verduistert het eerst de intieme, persoonlijke diepten van deze herinneringen.
Vorige levens
Iedereen die regelmatig wijn drinkt, kent het diepe, roezige gevoel dat dit teweegbrengt. Wijn, zegt de antroposofie, veroorzaakt een diepe en permanente vergeetachtigheid omdat zij in het etherlichaam de kracht van het herinneren doet afsterven. Sinds alcohol bij ons zijn intrede deed, zegt Steiner, zijn wij geleidelijk onze herinneringen aan vorige levens verloren. In het pre-alcoholische tijdperk, en hiermee verwijst hij naar het vroege India, rond 1500 voor Christus, waarin de eerste wetten (Veda’s) werden geformuleerd, kende ieder zijn vorige levens.
Sommige kinderen bezitten dit vermogen nog steeds. Zij die zich vorige levens herinneren, ervaren dat altijd voordat ze voor het eerst kennismaken met alcohol. Bij volwassenen die wijn beginnen te drinken, vervaagt die kennis snel, om uiteindelijk helemaal te verdwijnen.
Na Orpheus
Volgens de antroposofische geschiedschrijving is op een zeker ogenblik de mensheid massaal over gegaan tot consumptie van onder andere wijn. De kennis aan vorige levens stierf toen af en leefde sindsdien nog slechts voort onder kleine groepjes ingewijden van mysteriegodsdiensten zoals de Rozenkruisers, ook al doordat je alleen tot deze genootschappen mocht toetreden als je strenge regels naleefde, zoals geen vlees eten en geen druppel alcohol nemen.
De mysteriegodsdiensten stammen uit de Griekse oudheid. De Orfisten waren een van de oudste, vanaf ongeveer 500 voor Christus. Hun geschriften over de reis van de ziel naar het hiernamaals zeggen: gestorvene, let goed op je geheugen.
In die tijd was de Griekse mythologie richtsnoer voor de menselijke betrekkingen rond de dood en het bovennatuurlijke. Volgens de oude Grieken passeerde de ziel na de dood een plaats met twee rivieren. De ene was de Lethe, stroom der Vergetelheid, de andere Mnemosyne, stroom van het Geheugen. De orfisten roepen de gestorvene in hun geschriften op, niet te drinken van de Lethe, maar juist wel van Mnemosyne.
Tegen de wachters van het hiernamaals hoorde je te zeggen: ‘Ik, zoon van de Aarde en de sterrenbezaaide hemel, ben verschroeid van dorst en stervende. Gun mij snel koud water om te drinken uit de Poel van Geheugen.’
Zou door de Lethe alcohol stromen, en zou Mnemosyne een poel van kristalhelder water zijn?
Wijn in Kana
De Bijbel kent ook een verhaal rond het onderwetp ‘vergeten’ en dat is de bruiloft in Kana. Jezus verandert daar water in wijn. Water, zegt Steiner, was de vloeistof geëigend voor offers uit de oude, helderziende tijd, wijn was bestemd voor de nieuwe, christelijke tijd. Christus zei: ‘zalig zijn degenen die niet gezien hebben en toch geloven.’
Volgens Rudolf Steiner zegt Jezus daar: ‘Mensen moeten voortaan leven zonder de herinneringen aan hun incarnaties en zonder direct zicht op het goddelijke.’ Kennis van reïncarnatie zou sindsdien tweeduizend jaar zijn verdwenen uit Europa en het Midden-Oosten. Wijn was daarbij een probaat middel, want alcohol remt volgens Steiner ook het ‘diepe geheugen’.